wave

Een overzicht van wat we doen

Hoe werkt dat in de praktijk?
  • Het klassenmanagement
  • Werken in teams en duo's (voorwaarden voor coöperatief leren)
  • Aanbrengen van structuur in gebruik van materiaal, communicatie en leerproces
  • Invoering van aparte activiteiten: o.a. teambuilding (teambouwers), klasklimaat (klasbouwers), sociale vaardigheden, persoonlijke oppeppers, positief gedrag beïnvloeden, persoonlijk contact maken (aandacht voor meervoudige intelligentie)
  • Werken aan geluidsniveau
  • Expliciete Directe Instructiemodel is continu onderwerp van aandacht. Dit in relatie met verlengde instructie en coöperatieve lessen. 
  • Structureel Coöperatief leren
  • Er wordt gewerkt in Teams
  • Aantal didactische structuren wordt uitgebreid
  • GIPS krijgt extra aandacht. (Gelijke deelname, Individuele aanspreekbaarheid, Positieve wederzijdse afhankelijkheid, Simultane actie)
  • De leerkracht gebruikt steeds meer intelligenties in het dagelijks lesprogramma zodat zoveel mogelijk leerlingen worden aangesproken
  • Klasbouwers verbeteren de sfeer en samenwerking in de klas
  • Teambouwers versterken het leren en samenwerken binnen de kleine groep
  • Sociale en communicatieve vaardigheden worden sterk ontwikkeld
  • In combinatie met verbeterplannen wordt het opbrengstgericht leren versterkt 
  • Meervoudige intelligentie
  • Maakt onderdeel uit van de didactische structuren
  • Op één dag worden zoveel mogelijk verschillende intelligenties ingezet
  • Bij de leerkracht wordt duidelijk welke intelligenties bij kinderen de overhand hebben
  • M.I. wordt individueel ingezet voor leerlingen die zwak scoren op een vakgebied. Vanuit hun eigen intelligentie proberen we te stretchen naar de problemen die zij hebben met taal, rekenen of lezen. Binnen de didactisch structuren komen alle intelligenties aan de orde.
  • Basis voor de uitwerking is "Meervoudige intelligentie" van Dr. Spencer Kagan gebaseerd op onderzoek van Prof. Dr Howard Gardner uitgave Bazalt  (RPC Zeeland)  Het gaat uit van drie visies voor het onderwijs: matchen, stretchen en vieren
                 Matchen:
  • Het matchen van didactische structuren met intelligenties van de leerlingen
  • De leerstof toegankelijk maken voor alle leerlingen
  • Meerdere verbanden leggen met het onderwijsprogramma
  • De leerstof aanbieden via intelligenties
  • Manieren creëren waarop alle leerlingen kunnen leren
  • Lesgeven met MI  Stretchen:
  • Het stretchen van meervoudige intelligentie van de leerlingen
  • De ontwikkeling van elk van de intelligenties aanmoedigen
  • Het ontwikkelen van zowel de dominante als de niet dominantie intelligenties van de leerling
  • Groei stretchen in elk facet van elke intelligentie
  • Versterken van de capaciteiten van leerlingen in elke intelligentie
  • Lesgeven in MI Vieren
  • Begrijpen en vieren van ons eigen unieke patroon van intelligenties
  • Onszelf verbeteren door metacognitie en reflectie
  • Respect hebben voor het unieke patroon van intelligenties van een ander
  • Waardering hebben voor verschillen
  • Genieten van onze collectieve diversiteit
  • Lesgeven over MI 
  • Ouderbetrokkenheid
  • Er wordt gewerkt met een speciaal programma dat is gebaseerd op "Hecht" een uitgave van Bazalt .
  • Samen met ouders wordt gewerkt aan de ontwikkeling van de kinderen
  • Interactie tussen school en ouders wordt verbeterd.
  • Interactie tussen ouders en kind wordt gestimuleerd
  • Ouders en school worden dichter bij elkaar gebracht
  • Het programma bestaat uit een onder- midden- en bovenbouwprogramma
  • Uitgangspunt zijn niet-schoolse onderwerpen die leuk zijn om samen te doen waardoor vooral de interactie en het verstevigen van de relatie tussen ouder en kind centraal staan 
  • Sociale redzaamheid In het kader van sociale redzaamheid wordt gewerkt met "natuurlijk sociaal" van Bazalt. Via de didactische structuren worden de sociale rollen praktisch gehanteerd. Er wordt gewerkt aan problemen oplossen in de coöperatieve groep. Dit wordt verder geïmplementeerd. Van hieruit werken we met een registratiesysteem in directe relatie met het digitale leerlingvolgsysteem.
    Voorbeelden van sociale rollen en sociale vaardigheden:
  • Sociale rol                                                                 Sociale vaardigheid
  • Aanmoediger                                                         Anderen aanmoedigen
  • Complimentengever                                           Anderen complimenteren
  • Gangmaker                                                                   Resultaten vieren
  • Werkverdeler                                             Gelijke deelname aan activiteit
  • Coach                                                                                         Helpen
  • Vraagchef                                                                             Hulp vragen
  • Controleur                                               Controleren of alles begrepen is
  • Taakchef                                                                     Taakgericht blijven
  • Verslaggever                                                                     Ideeën noteren
  • Reflector                                                    Reflectie op het groepsproces 
  • Rustchef                                                                    Anderen niet storen
  • Materiaalchef                                                  Efficiënt materalen uitdelen 
  • WINWIN
  1. preventieve acties en strategieën voor leerlingen die: aandacht vragen, falen willen vermijden, boos zijn, controle willen, energiek zijn, verveeld zijn en onwetend zijn. 
  2. De 4 types van ordeverstoring worden in beeld gebracht, (agressie, breken van regels, confrontatie en desinteresse) en de 8 manieren om conflicten op te lossen worden aangeleerd.
  3. WINWIN is ontworpen om leerlingen te helpen bij het verwerven van discipline, van verantwoorde gedragspatronen bij het omgaan met hun behoeftes. Als eenmaal aan hun behoeftes is voldaan, vervalt de impuls tot orde verstorend gedrag. WinWin kent drie strategieën:
  • Preventieve acties: Hoe voorkomt de leerkracht ordeverstoringen
  • Directe aanpak: Hoe maakt de leerkracht een einde aan de ordeverstoring en beperkt hij de kans op toekomstige verstoringen
  • Vervolgacties: wat kan een leerkracht na een ordeverstoring doen om de leerlingen ervan te laten leren. 
    WinWin kent drie bouwstenen:
  • (H)erkenning
  • samen oplossen
  • verantwoordelijkheid leren 
    WinWin gaat uit van vier type ordeverstoringen:
  • agressie
  • breken van regels
  • confrontatie
  • desinteresse 
    Ordeverstoring gedrag is een poging behoeftes te bevredigen. De leerkracht en de leerling leren  om te gaan met de 7 universele menselijke behoeftes t.w.
  • Aandacht vragen: behoefte aan wat extra aandacht, aan bevestiging
  • Falen vermijden: niet dom, stom of anders dan de rest willen lijken
  • Boos zijn: iets doen of zeggen waar we later spijt van krijgen
  • Controle willen: niet verteld willen worden wat we moeten doen
  • Energiek zijn: Te druk zijn om stil te kunnen zitten
  • Verveeld zijn: de lesinhoud zo oninteressant vinden dat we niet opletten
  • Onwetend zijn: de regels van het spel niet kennen, niet weten hoe we ons moeten gedragen. Breinsleutels
    Op basis van breinonderzoek is duidelijk geworden dat het werken met de onderstaande 10 breinsleutels een positief effect heeft op het leren.
  1. Leerdoelen: In elke les  stellen we samen met de kinderen de vraag: "Wat gaan we leren in deze les?" We maken zo het leerdoel helder zodat de kinderen precies weten wat er aan het eind van de les bereikt moet zijn.
  2. Voorkennis: Bij elke les wordt de juiste bestaande kennis uit het lange termijngeheugen opgehaald.
  3. Herhalen: Het gaat hierbij om het inslijpen van bestaande kennis door deze in te oefenen.
  4. Voorbeelden: De leerkracht staat model, denkt hardop, doet stappen voor laat zien hoe het kan of hoe het moet.
  5. Markeren: Vlaggetjes planten: tijdens het leerproces belangrijke leerstappen aangeven waardoor wordt terugverwezen naar het leerdoel en het lesoverzicht.
  6. Clusteren: Bij elkaar horende kennis groeperen tot betekenisvolle gehelen. Mindmappen is hiervoor geschikt. Het brengt overzicht in het geheel en kan daardoor beter worden vastgehouden.
  7. Opdelen: Informatie wordt in hapklare brokken aangeboden zodat het werkgeheugen niet overspoeld wordt met informatie
  8. Visualiseren: Het zichtbaar maken van leerstof, instructie, strategieën en afspraken. Eén beeld zegt meer dan 1000 woorden. Voorkomt dat werkgeheugen overbelast raakt.
  9. Schakelen: Verandermomenten tussen leerstof, lesstituaties en lessen helder aangeven. Eerst iets afsluiten voordat aan iets anders wordt begonnen
  10. Feedback. Duidelijk wordt gemaakt aan leerlingen dat ze op de goede weg zijn richting het leerdoel. Positieve feedback is vasthouden en doorgaan. Negatieve feedback is aanpassen.
  • SCOL (Sociale Competentie Observatie Lijst)Dit is een programma waarbij op gestandaardiseerde wijze de competenties van leerlingen in beeld worden gebracht in het digitale systeem. Op basis van de uitslag gaan de kinderen aan de slag om hun competenties te verbeteren. Aan de volgende competenties wordt gewerkt:
  1. Ervaringen delen
  2. Aardig doen
  3. Samen spelen, samen werken
  4. Een taak uitvoeren
  5. Jezelf presenteren
  6. Een keuze maken
  7. Opkomen voor jezelf
  8. Omgaan met ruzie
     
  • Mindmappen  Door het maken van mindmaps ( gedachtekaarten) met veel afbeeldingen kan de theorie  eenvoudiger worden onthouden en gereproduceerd. Het geeft een vaste leerstructuur die iedere leerling gedurende zijn hele leven kan gebruiken om gemotiveerder en beter te leren.
            Er wordt gewerkt met "Mindmappen op de basisschool) van Bazalt  HCO. Dit schooljaar zal dit    onderwerp worden uitgebreid met de digitale versie.
     
  • Passend onderwijs en handelingsgericht werken We werken aan de uitgangspunten voor passend onderwijs en handelingsgericht werken
  • Ouders: Ouders worden actiever betrokken en krijgen meer zeggenschap. Er wordt constructief samengewerkt met ouders
  • Leerlingen: Onderwijsbehoeften van leerlingen staan centraal. Er is verschil in aanbod. Het onderwijs is uitdagend, flexibel, thuisnabij en gevarieerd.
  • Indiceren. Er wordt uitgegaan van kansen en mogelijkheden. Onderwijsbehoeften staan centraal. Wat kan het kind wel en welke ondersteuning is dan gewenst
  • Kwaliteit: Professionalisering van leraren krijgt een kwaliteitsimpuls. De leraar doet ertoe, handelt als een professional, werkt doelgericht, systematisch en transparant in de cyclus plan, do, check, act.
  • Samenwerken met externen. Scholen vallen onder een samenwerkingsverband waarin constructief wordt samengewerkt.          
  • Natuurlijk leren
    Alle leerkrachten van de Veenplas hebben workshops van "Natuurlijk leren" gevolgd. Onderwerpen die hierbij aan de orde kwamen waren:
  • Vuurwerk, beter onderwijs door breinkennis
  • Verbeteren van begrijpend lezen m.b.v. systeemdenken en coöperatief leren
  • Hoge opbrengsten door boeiend onderwijs
  • Van regels naar waarden
  • Van dagmenu naar lopend buffet        In vervolg hierop gaat gewerkt worden met PLG's ( Professionele Leer Gemeenschappen)